Enkele vermetele jonge mannen durfden het aan om, "in oorlogstijd", onder het alziende oog van de Duitse bezetter een vereniging op te richten!
Vóór de oorlog bestonden allerhande groepen, al of niet verbonden aan één of andere "ernstige" vereniging. Vb. "De Karel de Goede Gezellen". In het verslag van "Pekdraad en Millioenen" van januari 1946 is er ook nog sprake van een toneelgroep "De Pater Lievenskring".
Maar de stap was gezet naar een volwaardige en onafhankelijke toneelvereniging en er moest en zou gespeeld worden.
Het was nochtans allemaal niet zo evident, want op alles en nog wat was er toezicht: de keuze van de toneelwerken, de avonduren die men nog op de straat mocht vertoeven.
Meermaals liep men tegen een gewapende patrouille aan waarbij de hazen naar alle kanten wegstoven om tocht maar een boete of nog erger te ontwijken. En stoer dat ze waren, achteraf.

Hieronder de uiteenzetting van de stichtingsvergadering:

Stichtingsvergadering, 3 juni 1941.


Onder voorzitterschap van Soen Albert, de eigenlijke stichter, werd de eerste vergadering gehouden in de bovenzaal van de patronage.
Waren aanwezig: Soen Albert, Noppe Nestor, Decuypere Henri, Wydaeghe Alfons, Dorme Michel, Missiaen Robert, Terryn Lucien, Verledens Roger, Reynaert Roger, Schotte Rafael.

Deze vergadering werd ingezet met een algemene uiteenzetting, gegeven door Soen Albert.
Welke zijn de doeleinden of wat moeten we bereiken met onze toneelvereniging? Wij spelen geen toneel om een grote rol te krijgen in een of ander stuk, ook niet om toegejuicht te worden door het aanwezige publiek. Dit alles is slechts een nietige bijzaak, die geen invloed uitoefent op de leden. Niemand van ons allen heeft huldebewijzen nodig.
Ons eerste doel is: persoonlijke vorming. Een vorming on de kunstzin, die bij iedereen aanwezig is, te ontwikkelen, om liefde voor de kunst aan te kweken en te voeden, dus een innerlijke vorming bij de leden.
Een tweede doel is: ons volk leren genieten van de kunst. Op dat gebied is ons Vlaamse volk, dus ook ons volk van Moorslede ver achter. Dit veranderen is vooral de taak van de jeugd. We willen dus meehelpen aan de culturele ontwikkeling van ons Vlaamse volk.
Hoe komen we tot die verwezenlijking? Door edelmoedigheid, tucht, ware kameraadschap, durf. Toneel vraagt edelmoedigheid van iedereen. Toneel vraagt, eist tucht. De herhaling moet stipt gebeuren. We willen geen slepers. Iedereen moet trekpaard zijn. De grond berust op ware kameraadschap. Jaloersheid tussen de leden om een of andere rol is uitgesloten. We moeten eensgezind zijn om van ons toneel iets prachtig te maken.
Toneel eist ook durf. Kritiek zal er zijn, moet er zelfs zijn, doch daartegenover staan we koud? We zijn allen bezield met een nieuwe geest, en alle oude rommel moet buiten.
Na deze krachtige uiteenzetting volgde de bespreking. Er werd besloten tot aansluiting bij de algemene toneelcentrale. Het bestuur werd gekozen en de namen van de spelende leden werden opgenomen. Deze vergadering verliep verder in ware kameraadschap.
Enkeldagen later werd besloten tot opvoering van "Een paard op zolder", klucht in drie bedrijven. Als datum werd aangeduid: 10 Augustus 1941.

De verslaggever,
Roger Verledens

Het eerste logo van de toneelvereniging werd ontworpen door Robrecht Van Coillie en zag er alsvolgt uit:


Zoals u kon lezen in de stichtingsvergadering, viel de keuze voor het eerste stuk op: Een paard op zolder. Dit was echter zonder de waard, in dit geval de Ortskommandant, gerekend. Het simpele feit dat er in het stuk een joodse jongen voorkwam was voldoende om de banbliksems van (de) Hern Klemeyer over zich heen te halen. Om maar te zeggen waar men in deze oorlogsomstandigheden moest op letten. Maar, ik citeer het verslag:
Doch met het vaste voornemen dat dit het eerste stuk zou zijn dat we opvoerden na den Krieg, met op de affiches, in groote letters: Geweigerd door de bezettende overheid in 1941! Zoete wraak int verschiet.
Na lang wikken en wegen werd het dan Neef Bill uit Mexico. De première vond plaats op 26 oktober 1941 in de zaal Patria 6de Jagersstraat en van dat paard hebben we nooit meer iets vernomen.
En toch hielden ze stand, jaar na jaar.
De eerste periode tot 1955 werd een zoeken naar een gevarieerd programma van ernst en goede luim. Ook de cabaret - en bonte avonden kenden veel bijval. Tot 1955 werden alleen mannen gedoogd om de edele kunst van het toneelspel te bedrijven. Maar aangezien KNA erin geslaagd was een proost (zijnde enige kerkelijke inmenging) buitenshuis te houden, werd geopteerd voor de productie van Waar de sterre bleef stille staan van Felix Timmermans. Goed gezien natuurlijk om een op en top christelijk kerstspel op te zetten waar voor de eerste maal vrouwen een rol mochten vertolken. Wie kon daar nu tegen zijn?
In 1956 werd een beroep gedaan op een regisseur die KNA naar een hoger peil moest brengen. Zijn voornaamste taak bestond erin om over te schakelen van het Moorsleeds Beschaafd Vlaams naar het Algemeen Beschaafd Nederlands zoals dat toen heette. Regisseur Bert Cools uit Oostende voelde zich geroepen om onze amateurs naar een hoger spelniveau te leiden, maar vooral de uitspraak zo te bewerken dat de dames en de heren zichzelf niet meer herkenden. Het heeft jaren bloed, zweet en tranen gekost om uiteindelijk de verfoeide aaaas en sks naar de lappenmand te verwijzen.
1960: En toen kwam de televisie roet in het eten gooien. De daaropvolgende periode kenmerkte zich vooral door een afnemende belangstelling voor de toneelopvoeringen. Desondanks bleef de groep aantrekkelijk genoeg om nieuwe spelers aan te trekken en deel te nemen aan allerhande wedstrijden. Met succes, we behaalden in 1962 grote onderscheiding in een ACT-tornooi met 82% waarbij we promoveerden naar 2de categorie met stuk Twee Levenden en een Dode van Andries Poppe.
1966 bracht opnieuw succes met het stuk De nacht van de 16de januari van Ayn Rand. Hiermee behaalden we in een provinciaal tornooi een overstap naar 1ste categorie met 80% zijnde terug een onderscheiding. Hierbij mag ik ook vermelden dat KNA de prijs van de beste speler kreeg.
1969: KNA brengt een Evocatie ter gelegenheid van het 700-jarig bestaan van Onze Lieve Vrouw Ten Bunderen. Met fierheid werd vermeld dat er 120 personages aan deelnamen zonder massaspel te worden. Het bezoek van Monseigneur Desmedt, bisschop van Brugge en het grote succes van deze evocatie heeft de nonnetjes veel goed gedaan. De deelnemers werden achteraf vergast op een prachtig diner met alles erop en eraan.
Zo bleef er de moed in om verder te doen en de strijd met de televisie te overleven. Regisseurs kwamen en gingen tot er in 1970 een nieuwe wind waaide die de ganse opvatting over toneel zou omvergooien. Gilbert Dessauvage bracht de groep op een zodanig niveau dat we het aandurfden om werken van schrijvers als Albert Camus Het Misverstand en Frederico Garcia Lorca Het Huis van Bernarda Alba voor het voetlicht te brengen. Maar ook een love story van de Roeselaarse nieuwmarkt met name onze Peegie werd in 1973 op een verfrissende wijze ten tonele gebracht.
1974: een nieuwe generatie regisseurs doet zijn intrede. De eerste in de rij is iemand van eigen kweek: Walter Verhanneman. Met tal van nieuwe acteurs en actrices werd een andere weg bewandeld in een poging om met vernieuwing de publieke belangstelling gaande te houden. Ook hier werden de risicos van een massaproductie niet uit de weg gegaan. 1976 bracht ons met Paradijsvogels terug in de publieke belangstelling. In regie van Walter Nys kwam En waar de sterre bleef stillestaan de rij van Vlaamse toppers opvolgen. De Wonderdoktoor in regie van Francine Denys bewees dat we voldoende talent in eigen huis hadden.
Een grote variatie gaande van volkstoneel tot het ernstige werkt heeft in de daarop volgende jaren gezorgd dat we op 30 november 1991 ons gouden jubileum konden vieren. Met ontvangst op het gemeentehuis en veel lieve en lovende woorden aan allen die dit doorheen de jaren hadden waargemaakt.


Lijst van de opvoeringen van KNA vanaf 1941

1941: Neef Bill uit Mexico (Maurice Vangheluwe)
1941: De Gouden Clown (Maurice Vangheluwe)
1942: De Wonderdoktoor (Maurice Vangheluwe)
1942: De Gril van de Hertog (Maurice Vangheluwe)
1943: De Blinde (Roger Boeraeve - naar 2de cat)
1943: 1ste Kabaretavond
1944: S.O.S. Vitrix (Roger Boeraeve)
1945: 2de Kabaretavond
1946: Pekdraad en Millioenen (Roger Boeraeve)
1947: Een Zwerver kwam (Roger Boeraeve - naar 1ste cat)
1947: Alarm op de Zuidkust (Karel Maton)
1948: Bonte Avond - Banjo Ensemble
1949: De Familie van Hulze (Roger Boeraeve)
1950: De Brave Moordenaar (Roger Boeraeve)
1951: Het Avontuur aan de Juara (Karel Maton)
1951: Vrolijke Bonte Avond - Banjo Ensemble
1952: Gezworen Kameraden (Frans Denturck)
1952: Napoleon IV (Roger Boeraeve)
1953: De slag op het hart (Roger Boeraeve)
1954: In de schaduw van het Kasteel (Frans Denturck)
1954: Generaal Lambik (Frans Denturck)
1955: De dijk breekt (Frans Denturck)
1955: Waar de sterre bleef stille staan (Frans Denturck - 1ste maal gemengd)
1956: De filozoof van Hagem (Bert Cools)
1957: Ik heb een idee (Bert Cools)
1957: De Volmaakte misdaad (Bert Cools)
1957: Dolle Hans (Bert Cools)
1958: De Stijfkop (Bert Cools)
1958: Paradijsvogels (Bert Cools)
1959: Een inspekteur voor U (Bert Cools)
1959: Verdwijningen en Verschijningen (Bert Cools)
1960: Familyproblemen (PATSY) (Bert Cools)
1960: Witte Broodsweken (Bert Cools)
1961: De mens wikt (Bert Cools)
1961: Slissen en Cesar (Bert Cools)
1962: Twee Levenden en Een dode (Bert Cools)
1961: De mens wikt (Bert Cools)
1961: Slissen en Cesar (Bert Cools)
1962: Twee Levenden en Een Dode (Bert Cools - 1ste cat 82%)
1963: Huwelijksreis zonder man (Bert Cools)
1964: Valstrik voor man alleen (Bert Cools - 2de cat)
1964: En toen op een avond (Bert Cools)
1966: De Nacht van de 16de Januari (Albert Vandoorne - 1ste cat 80%)
1967: Gelukkige Dagen (Albert Vandoorne)
1968: Ik ben getrouwd (Albert Vandoorne)
1969: Evokatie 700 jaar Ten Bunderen (Frans Denturck)
1969: Geen uitkomen met het inkomen (Frans Denturck)
1970: Zomerzotheid (Gilbert Dessauvage - 2de cat - 66%)
1970: Welke Dokter opereerde die nacht (Gilbert Dessauvage - éénakterfestival)
1971: Oscar (Gilbert Dessauvage)
1972: Met 13 aan tafel (Gilbert Dessauvage)
1972: Het Misverstand (Gilbert Dessauvage - 1ste cat 83%)
1973: Peegie (Gilbert Dessauvage)
1973: Het Huis van Bernarda Alba (Gilbert Dessauvage)
1974: Kaviaar of Spaghetti (Walter Verhanneman)
1975: Boeing - Boeing (Walter Verhanneman)
1975: Mooi weer vandaag (Gilbert Dessauvage - 1ste afd prov 70%)
1976: Bemoeial (Walter Verhanneman)
1976: Paradijsvogels (Walter Verhanneman)
1977: Het Souterrain (Walter Verhanneman)
1977: Arsenicum en Oude Kant (Walter Verhanneman)
1978: Changer (Walter Verhanneman)
1979: En waar de sterre bleef stille staan (Walter Nys)
1979: Alles voor de Tuin (Walter Verhanneman)
1979: De Wonderdokter (Francine Denys)
1980: Maak plaats mevrouw (Walter Verhanneman)
1981: De Beverpels (Walter Verhanneman)
1981: Driekoningenavond (Walter Verhanneman)
1982: Wat doen we met tante (Walter Nys)
1982: Een geur van Bloemen (Walter Verhanneman - 2de cat 60%)
1983: De Grote Versierder (Pol Vansteeland)
1984: Marche Funebre voor Kamiel (Walter Verhanneman)
1984: Zachtjes met de deuren (Walter Verhanneman)
1985: Blootvoets in het Park (Francine Denys)
1985: Acht Vrouwen (Walter Verhanneman)
1986: De Sunshine Boys (Walter Verhanneman)
1987: Een Brouwer in de Politiek (Walter Verhanneman)
1987: Cactus Bloem (Walter Verhanneman)
1988: Daar gaat de Bruid (Francine Denys)
1988: S.O.S. man alleen (Walter Verhanneman)
1989: Greenwich (Walter Verhanneman)
1989: In de holte van je arm (Walter Verhanneman)
1990: De verloofde van mijn vrouw (Walter Verhanneman)
1991: Liefde half om half (Peter Bulcaen)
1991: Wat een Leven (Walter Verhanneman)
1992: Onder ons (Francine Denys)
1993: Happy Birthday (Walter Verhanneman)
1993: Uit het leven van Pater Constant Lievens (Walter Verhanneman)
1993: Bomma (Francine Denys)
1994: De nonnen van Navarone (Stefaan Delobel)
1995: Blaffen tegen de maan (Walter Verhanneman)
1995: Het jaar van de Stier (Francine Denys)
1996: Cheese (Ivan Beelprez)
1996: Het Machtig Reservoir (Walter Verhanneman)
1996: Doe het zelf Neushoorn (Ivan Beelprez)
1997: De Wesp (Walter Verhanneman)
1997: Motie van Wanorde (Ivan Beelprez)
1998: Biederman en de Brandstichters (Walter Verhanneman)
1998: Schat, mag ik je mijn schat voorstellen (Ivan Beelprez)
1999: De Bruiloft (Patrick Deleu)
1999: Het Albinomonster (Ivan Beelprez)
2000: Tango Tango (Patrick Deleu)
2000: Rijen en Vrijen (Patrick Deleu)
2001: Het Evangelie volgens Marcus (Ivan Beelprez)
2002: Peegie (Walter Nys)
2002: Alles over Eva (Francine Denys)
2003: In de Miroir (Walter Verhanneman)
2003: Penthouse Rock (Patrick Deleu)
2004: Het bezoek van de oude dame (Walter Verhanneman)
2004: Een fantastisch trouwfeest (Walter Verhanneman)
2005: De nacht van de vos (Francine Denys)
2005: Wij betalen niet (Walter Verhanneman)
2006: Comme chez Swa (Patrick Deleu)
2006: Twee plus twee is twee (Ivan Beelprez)
2007: Het geheugen van water (Walter Verhanneman)
2008: Verkeerd verbonden (Ivan Beelprez)
2008: God en Companie (Ivan Beelprez)
2009: De Zetel (Daniël Deceuninck)
2009: Lady Fox (Walter Verhanneman)
2010: 't Winkelke (Francine Denys)
2011: Maak plaats, Mevrouw (Walter Verhanneman)
2011: Roddels, allemaal roddels (Walter Verhanneman)
2012: Pak in, Stap uit (Mario Soenen)
2013: Buenos Dias, Benidorm (Ivan Desomer)
2014: De Zevende Zonde (Walter Verhanneman)
2015: Tantes om te stelen (Mario Soenen)
2016: Het reglement van een Serpent (Ivan Desomer)
2017: In de Sacoche (Ivan Desomer)
2018: Familietrekjes (Mario Soenen)
2019: Wijlen Baron Zizi sans Balzack (Ivan Desomer)
2020: De eerste viool (Dirk Degryse)
2023: Spreken is zilver, zwijgen is goud (Mario Soenen)
2024: B&B Stille Rust (Pieter Verbeke)